Met een faxapparaat dat aangesloten is aan een analoge poort of aan de poort voor ISDN-toestellen van je FRITZ!Box, kun je faxberichten verzenden en ontvangen via internet en/of het vaste net.
Opmerking:De configuratieprocedure en informatie over functies in deze handleiding hebben betrekking op het meest recente FRITZ!OS van de FRITZ!Box.
Als je een internettelefoonnummer wilt gebruiken om faxberichten te versturen en ontvangen, moet je T.38 (fax over IP) voor faxoverdracht inschakelen in de FRITZ!Box. Met T.38 worden faxberichten niet verstuurd via faxtonen, maar via een speciaal netwerkprotocol. Daardoor is de faxoverdracht aanzienlijk minder gevoelig voor interferentie:
Als je het telefoonnummer van je analoge vaste telefoonaansluiting wilt gebruiken om te worden gebeld en om faxberichten te ontvangen, schakel je de faxschakelaar van de FRITZ!Box in. De faxschakelaar stuurt faxberichten automatisch door naar een faxapparaat dat is geconfigureerd in de FRITZ!Box:
Belangrijk:Een ander apparaat, bijvoorbeeld een telefoon of antwoordapparaat, moet de oproep eerst aannemen zodat faxberichten kunnen worden herkend en doorgestuurd. De faxschakelaar herkent geen oproepen die niet zijn aangenomen.
Configureer het faxapparaat ook dan in de FRITZ!Box, als het apparaat met de FRITZ!Box is verbonden via een ISDN-telefooncentrale: