De FRITZ!Repeater neemt tijdens de configuratie automatisch de naam van het Wi-Fi-netwerk (SSID) en de netwerksleutel van de FRITZ!Box (of een andere router) over, zodat draadloze netwerkapparaten in het thuisnetwerk snel kunnen schakelen tussen de Wi-Fi-netwerken (Wi-Fi-roaming).
Desgewenst kun je de Wi-Fi-instellingen van de FRITZ!Repeater ook individueel configureren.
Opmerking:De configuratieprocedure en informatie over functies in deze handleiding hebben betrekking op de meest recente firmware van de FRITZ!Repeater.
Alleen draadloze netwerkapparaten die op de lijst staan onder "Known WLAN Devices", kunnen nu nog verbinding maken met het Wi-Fi-netwerk van de FRITZ!Repeater. Wanneer je een nieuw draadloos netwerkapparaat wilt verbinden met de FRITZ!Repeater, schakel dan tijdelijk de MAC-adresfilter uit en schakel deze filter weer in nadat het nieuwe draadloze netwerkapparaat is verbonden met de FRITZ!Repeater. Het MAC-adres van het nieuwe draadloze netwerkapparaat wordt zo automatisch toegevoegd aan de MAC-adresfilter.