De powerlineverbinding tussen twee of meer FRITZ!Powerline-apparaten wordt tot stand gebracht met een lage gegevenssnelheid en de Connect-led van het FRITZ!Powerline-apparaat brandt oranje. Door de lage gegevenssnelheid worden bijvoorbeeld websites erg traag geladen, duurt het lang om bestanden te downloaden en worden videostreams niet goed weergegeven of onderbroken.
Een lage gegevenssnelheid in een powerlinenetwerk wordt meestal veroorzaakt door storende factoren in het elektriciteitsnet in huis. Hieronder leggen we uit hoe je een hardwaredefect van je FRITZ!Powerline-apparaat kunt uitsluiten en hoe je je powerlinenetwerk kunt optimaliseren.
Controleer of je FRITZ!Powerline-apparaten goed werken in een testomgeving:
Als één van de weergegeven gegevenssnelheden ten minste 600 Mbit/s (met MIMO-technologie) of 300 Mbit/s (met diversity-technologie) bedraagt, werken de FRITZ!Powerline-apparaten naar behoren.
Bij de MIMO-technologie (Multiple Input Multiple Output) worden alle drie de draden van het elektriciteitsnet in huis (fase, nul, aarde) gebruikt om het signaal door te geven. Of MIMO al dan niet wordt gebruikt, hangt af van de gesteldheid van het elektriciteitsnet in huis.
Als het gelijktijdig gebruik van beide aderparen (fase/nul, face/neutraal) mogelijk is, wordt MIMO gebruikt. Dit verdubbelt de gegevenssnelheid in vergelijking met powerlineapparaten die MIMO niet ondersteunen. Met MIMO kan een maximale gegevenssnelheid van 1200 Mbit/s bruto worden bereikt.
Als het gelijktijdig gebruik van beide aderparen niet mogelijk is, wordt Diversity gebruikt. Hierbij worden automatische de draden gebruikt die de beste overdrachtskwaliteit en een robuuste powerlineverbinding beloven. Met Diversity kan een maximale gegevenssnelheid van 600 Mbit/s bruto worden bereikt.
MIMO wordt ondersteund door de FRITZ!Powerline-modellen 1000E, 1220E, 1200, 1240E 1260E en 1260.
Als de powerlineverbinding wordt beïnvloed door interferentiefactoren, houd dan rekening met de volgende aanwijzingen om interferentiefactoren tot een minimum te beperken:
Mogelijke interferentiebronnen zijn bijvoorbeeld schakelende voedingen, dimmers, halogeensystemen, energiespaarlampen, lopende elektromotoren (bijvoorbeeld van de koelkast, keukenmachine, wasdroger, wasmachine, stofzuiger of boormachine).
Als de snelheid van de powerlineverbinding met deze stappen niet voldoende kan worden verbeterd, is de oorzaak te wijten aan het elektriciteitsnet in huis en kan niet verder worden beïnvloed door de FRITZ!Powerline-apparaten.